|
||||||||
Compleet, maar dan ook volledig en helemaal onbekend was deze Argentijnse gitarist ten huize van ondergetekende, tot deze plaat op de deurmat belandde en ik de kans kreeg vele, heel vele keren te luisteren naar wat gaandeweg een vertrouwd geluid werd, al klinkt het, bij eerste beluistering(en) niet allemaal even toegankelijk. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de veelheid aan stijlen en disciplines die op deze plaat aan bod komen: van ‘gewone” jazz, tot free, van impro tot experimenteel…Muruaga - die tegenwoordig in Helsinki blijkt te resideren en daar algauw deel werd van de underground-scene- combineert het allemaal, maar dat kan hij natuurlijk, alleen bij de gratie van de muzikanten die hem omringen. Eigenlijk is dit een trio-plaat, met Axel Filip op drums en Ignacio Martin op bas als steunberen voor de muzikale strapatsen van Muruaga. Een bijzondere gastrol is voorbehouden aan Sebastián Sáenz, die op trompet voor werkelijk wonderlijk mooi samenspel zorgt, zoals bij voorbeeld het geval is op “7”, waarin de muziek werkelijk alle kanten op stuitert, maar de muzikanten verdomd goed blijken te weten waar ze moeten en zullen uitkomen. De plaat werd nog in Buenos Aires opgenomen vóór de verhuis van Gon naar Finland, maar hij wist kennelijk erg goed waar hij zou terechtkomen, want dit is muziek, die je van bij de eerste beluistering in het Nordic kamp zou situeren.Daarmee heb ik niet gezegd dat deze plaat niet elders kan werken, wel integendeel: dit zie ik perfect tot zijn recht komen op Brosella of in Dinant, maar het Noord-Europese tintje is er wel. Muruaga en de zijnen blijken allemaal hun instrumenten tot in de puntjes te beheersen en hun -niet altijd eenvoudige- composities heel doorleefd te kunnen brengen. Het mysterie van de jazz blijft daarmee bestaan: je hoort, je wéét dat hier onnoemelijk veel repetitie mee gemoeid is, maar toch slagen de heren erin het te laten lijken alsof ze één en ander ter plekke uit de mouw schudden. Dat is tegelijk ook de charme van goeie jazz: alles klinkt altijd fris en origineel, als je tenminste even doorbijt en je inleeft in de wereld van de muzikanten. Als je bijvoorbeeld “H” beluistert, hoor je een bijzonder mooi overzicht van technieken, klanken en stijlen, die Muruaga allemaal in z’n binnenzak heeft zitten. Dit is allerminst het type hotelllounge-jazz, waar ieder van ons wel eens op afgeknapt is, integendeel: dit is bijzonder fraai en heel gevarieerd en het zou me bijvoorbeeld erg benieuwen hoe Muruaga zou klinken in gezelschap van Philip Catherine. Grote naam, ik weet het, maar een mens kan maar beter de lat hoog genoeg leggen, want iets zegt mij dat deze jongeman het erg ver zou kunnen schoppen. Dani Heyvaert
|
||||||||
|
||||||||